Bij een schouderluxatie wordt ook wel gesproken over een schouder die ‘uit de kom’ is. Een schouderluxatie kenmerkt zich door het scheuren van het bindweefsel rondom het schoudergewricht. Dit heeft als gevolg dat het bovenarm-bot uit de kom wordt verplaatst. Het ontwrichten van de schouder kan via de voorzijde of via de achterzijde.
De blessure komt veel voor bij sporten zoals rugby, basketbal, voetbal, skiën en snowboarden. De schouder kan uit de kom raken op het moment dat je een beweging maakt waarbij het bovenarm-bot geforceerd uit de kom wordt geduwd. Bijvoorbeeld bij een val op een uitgestrekte arm.
Er ontstaat veel en hevige pijn in de schouder op het moment dat de schouder uit de kom raakt. Bij een luxatie van de schouder is het niet meer mogelijk om de schouder te bewegen en kan de ontwrichting zichtbaar zijn met het blote oog. Om de arm zo stil mogelijk te houden kun je de arm tegen het lichaam aan houden, bewegen van de arm kan namelijk pijn veroorzaken. Wanneer de schouder geregeld uit de kom raakt, kan het zijn dat de banden, kapsel en de spieren dusdanig zijn opgerekt dat de pijn bij een ontwrichting minder hevig is.
Bij een schouderluxatie moet de bovenarm op een professionele wijze terug in de kom geplaatst worden. Echter zal soms de bovenarm na een luxatie uit zichzelf terug in de kom geraken. Na het terug plaatsen van de bovenarm moeten de schouderstructuren relatieve rust krijgen om te herstellen. In de eerste dagen krijg je een sling aangemeten.
Daarna kan je onder begeleiding van de fysiotherapeut mobiliserende en stabiliserende oefeningen uitvoeren om zo de volledige functie van de schouder terug te krijgen. Om een luxatie te voorkomen is het belangrijk om de stabiliteit en spierkracht van het schoudergewricht te optimaliseren.
